Ik kan best goed schrijven als iemand naar me kijkt, maar niet als iemand kijkt naar wát ik schrijf. Dan blokkeert het.
Marcel wil nog weleens binnenkomen als ik op de pc aan het schrijven ben of, zoals gisteravond, over mijn schouder meekijken terwijl ik aantekeningen aan het maken ben in een schrijfblok. Ik schiet dan in een paniek omdat de dingen die ik op zo’n moment produceer nog verre van publicabel zijn. Vooral met handgeschreven aantekeningen ben ik moeilijk. Die zijn zo kwetsbaar, die mag niemand zien.
‘Je hoeft je voor mij toch niet te schamen?’ vraagt Marcel dan. ‘Ik ben gewoon benieuwd wat je schrijft, en misschien kan ik meedenken.’ Dat is natuurlijk allemaal heel lief bedoeld, maar in zo’n stadium kan ik geen nieuwsgierigheid velen, laat staan dat ik een meedenker wil. Als ik dat wil – na een heleboel versies – geef ik het wel aan. Tot die tijd is wat ik schrijf van mij.
Dat is niet omdat het geheim is. Het heeft ook niet te maken met onzekerheid. Het is gewoon dat ik graag zelf wil bepalen wie wat leest en wanneer. Vergelijk het met dingen denken en ze uitspreken. Soms overkomt het me dat ik er iets uitflap, maar over het algemeen denk ik na voordat ik iets zeg, en ook in welk gezelschap ik het zeg. Eigenlijk is het papier en in veel gevallen ook het beeldscherm een verlengstuk van mijn hoofd, totdat ik besluit dat anderen het onder ogen kunnen krijgen.
Kun jij het wel, mensen je aantekeningen laten lezen of zelfs meekijken terwijl je schrijft?
Foto: Dvortygirl
Zó herkenbaar! Grrrrr….
Ik kan er ook niet tegen als iemand over mijn schouder meeleest als ik schrijf. Sowieso kan ik dan niemand om me heen hebben. Voorbeeld: voor ‘Lieve zus’ moest ik schrijven over het bombardement van Rotterdam. Ik houd niet van oorlogsfilms, maar dat hoofdstuk moest er per se in. Dus op een gegeven moment er maar voor gaan zitten. Ik probeer dan te voelen wat die hoofdpersoon voelt, ga daar ‘in zitten’. Afijn, ik zit dus helemaal in elkaar gedoken onder de trap, voel me bang, de granaatscherven vliegen om me heen, en dan… komt Frank binnen: ‘Lust je al een kopje thee?’
Knetter op met je kopje thee!
Ik denk dat een kunstschilder er ook niet tegen kan als hij/zij een kunstwerk aan het maken is, en dan een toeschouwer zegt: ‘Misschien een veegje hier, of die streep wat rechter maken, of…’ Dat doek, dat boek is van jou, zolang je het niet openstelt voor publiek. Zeker weten!
Haha, ‘Knetter op met je kopje thee!’ Zo herkenbaar! Wat fijn toch, om te ontdekken dat ik niet gek ben… of dat er meer gekken zijn, dat kan ook.
Vreselijk als iemand mee staat te kijken en iets probeert te lezen. Dat vind ik zo’n inbreuk op mijn privacy. Het verhaal is van mij tot het moment dat het naar de uitgever gaat. Ook heb ik er problemen mee om te vertellen over het boek waarmee ik op dat moment bezig ben, niet met collega’s, maar wel met ‘leken’. Men wil nog weleens vragen waarmee ik bezig ben. Jammer dan, lees het boek maar als het af is.
Inderdaad, José, zo ervaar ik het ook, als een inbreuk op mijn privacy. En ja ik ben gesteld op mijn privacy. 🙂
Ik vind het niet erg als mensen vragen waar ik aan werk, maar als ik het niet wil vertellen, dan niet. Trouwens, meestal laat ik het wel aan anderen lezen voordat het naar de uitgever gaat. Als een soort tussenstap. Maar ook dan geldt: pas als ik vind dat het klaar genoeg is. Het luistert allemaal heel nauw.
Heel herkenbaar en om dezelfde reden als jij noemt. Mijn eerste schrijfsels zijn een verlengstuk van mijn gedachten en nog verre van publicabel. Veel van wat ik in klad schrijf, haalt dan ook nooit een publicatie. Die krabbels zijn puur om mijn gedachten op papier te zetten en meer overzicht op de snelweg in mijn hoofd te krijgen. Dat mag niemand lezen. Totdat ik het zeg 😉
Ik heb het nog nooit fijn gevonden, wanneer iemand op mijn handen keek, wanneer is schreef. Het geeft een gevoel van controle door de ander.
Niemand mag mijn eerste schrijfsels lezen en al helemaal niet over mijn schouder meekijken als ik schrijf. Het is voor mij net als m’n dagboek: privé. Door het hele huis liggen verschillende schrijfboekjes (zodat ik altijd m’n gedachtenspinsels kwijt kan), maar echtgenoot blijft er braaf van af. Hij krijgt het uiteindelijke resultaat toch wel te lezen (volgens mij vaker dan hem lief is :)).
Vind ik ook. Daarvoor hoeft er geen slotje op te zitten.
Ik heb het gevoel dat die van mij het leuker vindt om onaf werk te lezen dan als het af is, haha. Zodra er een gedrukt boek is, kan het zomaar een jaar duren voor hij het leest.
Die van jou leest het dan toch. Mijn man heeft onlangs (na 13 jaar) het eerste boek gelezen en daar is het bij gebleven. Terwijl hij het een heel goed boek vond 🙁
Volgens mij hebben alle (wannabe)schrijvers dit probleem. Ik hou er niet van als iemand over mijn schouder meeleest, maar ik kan er ook niet zo goed tegen als iemand mijn werk (met toestemming) leest in mijn bijzijn. Dan voel ik me toch altijd een beetje opgelaten…